H.G. Schulte Nordholt, eerder controleur BB op Timor.
Zondag 3 maart 1946
Na het avondeten wat bij Schulte Nordholt gezeten waarvan de vrouw nu pas uit Australië is aangekomen. Ze is aardig, een vlot maar beschaafd Amerikaans type dat al heel aardig Nederlands spreekt zonder al te veel accent. Na gezellig wat praten over Amerika en hier en Nederland, Kol. Giebel was er ook.
Maandag 4 maart 1946
In het hotel was de bargepoot voor mij speciaal geprepareerd en kon ik enige vrienden uitnodigen: Hoekstra en de Nordholts. Na het eten wat gelezen en naar bed, was moe.
Zondag 28 april Vandaag heb ik me bezig gehouden met het schrijven van brieven. Er was zoveel post voor me gekomen, dat het nodig was om me daar de hele dag mee bezig te houden. Toen wat thee gedronken met de Schulte Nordholts, van wie de kleine jongen doorlopend het een of ander heeft. Nu weer zware influenza. Over allerlei dingen gepraat, over al de moeilijkheden die er zijn om hier in de chaos wat orde te krijgen en ook over de toestand voor ons als Europeanen hier op het ogenblik. Zijn vrouw en kind zitten hier nu, en ze laten hem gelukkig nog een kamer in het hotel, zolang het duurt. En dan, wat moet hij dan? Er is geen behoorlijke plaats voor een gezin te krijgen. Voor ons die gemilitariseerd zijn gaan ze nu de kampbijdrage laten vervallen en moeten wij in plaats daarvan geheel in ons eigen onderhoud voorzien. Als je hier dus met je gezin zit en je hebt nog de mogelijkheid om een hotelkamer te hebben, dan ben je kwijt in je kamer, je hebt dan een grotere dan Hoekstra en ik nu hebben, waar je met je beiden ook al eigenlijk geen plaats in hebt, ten eerste voor de eerste persoon 180,-